In de regio’s IJmond en Zuidoost-Noord-Brabant groeide de economie met circa 8 procent. De productie van de industrie droeg hieraan in sterke mate bij. Ook in de regio’s Overig Noordoost-Noord-Brabant, Noord-Limburg en Zeeuws-Vlaanderen zorgde de industrie voor een sterke groei.
Noord-Friesland kende met circa 3 procent de minste groei. Minder dan in andere regio’s was er sprake van fors herstel, omdat de bedrijfstakken die in 2020 het zwaarst getroffen werden door de coronacrisis in deze regio relatief klein zijn. Dat geldt ook voor enkele andere regio’s in de noordelijke provincies en de regio Den Haag.
Het CBS publiceert sinds medio 2020 voorlopige cijfers over de regionale economie op basis van een nieuwe methode. Deze cijfers zijn experimenteel en kennen daarom een hogere mate van onzekerheid dan de reguliere cijfers.
Bijna alle regio’s weer op of boven het niveau van 2019
In bijna alle regio’s is de omvang van de economie weer vergelijkbaar of groter dan twee jaar geleden, voor corona. De grootste economische groei ten opzichte van 2019 vond plaats in Zuidoost-Noord-Brabant. Hier bedroeg de groei ongeveer 5 procent. Na Zuidoost-Noord-Brabant groeiden IJmond en Overig Noordoost-Noord-Brabant het hardst met ongeveer 4 procent. In deze drie regio’s heeft met name de industrie aan de groei bijgedragen.
In Haarlemmermeer, Amsterdam en Overig Groningen is de economie kleiner dan in 2019. In Haarlemmermeer was het verschil het grootst. Ondanks de sterke groei in 2021 is de impact op de luchtvaart nog niet gecompenseerd en bedroeg het verschil met twee jaar geleden nog 12 procent. In Amsterdam was de economie 2 procent kleiner. Dit komt mede door het grote aandeel van de horeca in de economie. Deze bedrijfstak is vanwege de meerdere lockdowns nog ver verwijderd van het niveau van voor de crisis. In Overig Groningen bedroeg het verschil 4 procent. Dit komt vooral door de vermindering in gaswinning. De economie was 3 procent groter dan twee jaar geleden als de delfstoffenwinning buiten beschouwing wordt gelaten.