Protocol gemeenten inventarisatie en periodieke beoordeling constructieve veiligheid grote publieke gebouwen

Op 12 april 2024 is de wettelijke periodieke beoordeling constructieve veiligheid grote publieke
gebouw gepubliceerd in afdeling 5.6 van de Omgevingsregeling (OR). In samenspraak met de VBWTN
is een protocol opgesteld voor gemeenten die gebruikt kan worden om invulling te geven aan hun rol
als bevoegd gezag voor de bouwregelgeving.

A Inventarisatie door gemeente
De wettelijke periodieke beoordeling constructieve veiligheid geldt voor bouwwerken met een
bijeenkomstfunctie, een onderwijsfunctie, een sportfunctie of een overige gebruiksfunctie voor
personenvervoer, die geen nevengebruiksfunctie is, als het bouwwerk voor deze gebruiksfuncties
bestemd is om te worden gebruikt door ten minste 5.000 personen (artikel 5.62 Or). De beoordeling
geldt echter niet voor een bouwwerk dat:
a. voor 1 januari 1950 nieuw is gebouwd;
b. na 1 januari 1950 niet is verbouwd met een verandering van de draagconstructie;
c. na 1 januari 1950 geen wijziging van de gebruiksfunctie heeft ondergaan; en
d. een gebruiksgebied heeft dat in zijn geheel is voorzien van uitwendige scheidingsconstructies.

De inventarisatie van deze gebouwen is door de gemeente als volgt mogelijk:

• Omdat het gaat om grote gebouwen met een publieke gebruiksfunctie, vallen deze gebouwen
onder de meldplicht brandveilig gebruik. In een gemeentelijke informatiesysteem staan
(aannemelijk) alle gebouwen met een melding brandveilig gebruik. Hierin zal ook informatie
staan over het aantal personen dat in gebouw aanwezig mag zijn. Uit dit informatiesysteem
kunnen alle gebouwen met meer dan 5.000 personen worden gehaald. Vervolgens kunnen
deze worden geselecteerd op de betreffende gebruiksfuncties (bijeenkomstfunctie, een
onderwijsfunctie, een sportfunctie of een overige gebruiksfunctie voor personenvervoer).
• De lijst van gebouwen kan verder worden bezien op de criteria:
a. voor 1 januari 1950 nieuw is gebouwd;
b. na 1 januari 1950 niet is verbouwd met een verandering van de draagconstructie;
c. na 1 januari 1950 geen wijziging van de gebruiksfunctie heeft ondergaan; en
d. een gebruiksgebied heeft dat in zijn geheel is voorzien van uitwendige
scheidingsconstructies.

Dit kan met een combinatie van een fysieke buitenschouw, een analyse van het gemeentelijke
gebouwinformatiesysteem, een analyse van de vergunningsdossiers. Op deze wijze kan per gemeente een dekkende lijst worden verkregen van gebouwen die onder de wettelijke verplichting vallen. Het verdient de voorkeur dat gemeenten stap A voor de zomer 2024 uitvoeren teneinde gebouw eigenaren voldoende tijd te geven om voor 1 juli 2025 de benodigde initiële beoordeling te laten uitvoeren.

B Brief gemeente aan gebouweigenaar
De gemeente stuurt een brief aan de eigenaren van gebouwen die bij stap A zijn geïnventariseerd. De
gemeente meldt dat zijn gebouw onder de wettelijke periodieke beoordeling valt. De gemeente vraag
de eigenaar de initiële beoordeling onderzoek volgens artikel 5.63 Or uit te voeren en het rapport
hiervan aan de gemeente te sturen volgens lid 6 van artikel 5.63 Or.

Het verdient de voorkeur dat een gemeente voorafgaand aan of aansluitend op de brief een
toelichtend gesprek met de gebouweigenaar te voeren. Een dergelijk gesprek zal de uiteindelijk
inspanning van de gemeente bij het vervolg (stap C) kunnen beperken. In voorkomende gevallen kan de gemeente de initiële beoordeling in eerste instantie zelf uitvoeren. Als de gemeente daarbij tot het oordeel komt dat er een gerechtvaardigd vertrouwen is dat bij het bouwwerk niet meer dan 500 personen gelijktijdig gevaar lopen bij het bezwijken van een constructieonderdeel, is er geen verdere initiële en periodieke beoordeling meer nodig door de eigenaar.

C Verdere toezicht/handhaving gemeente t.a.v. initiële beoordeling
De gemeente ziet erop toe dat de eigenaar de initiële beoordeling uitvoert en vervolgens waar nodig
maatregelen neemt om te veiligheid te waarborgen.

D Verdere toezicht/handhaving gemeente t.a.v. periodieke beoordeling
Uit het rapport van de initiële beoordeling volgt de frequentie van de periodieke beoordelingen volgens
artikel 5.64 Or. De gemeente ziet erop toe dat de eigenaar de periodieke beoordelingen uitvoert en
vervolgens waar nodig maatregelen neemt om te veiligheid te waarborgen.

Blijf op de hoogte
Scroll naar boven