Woningmarkt | De Jonge slaat de verkeerde weg in

Hugo de Jonge maakte een vliegende start als minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Ook van mij kreeg hij tot op heden in elk geval het voordeel van de twijfel. Zijn onlangs aangekondigde plannen om de wooncrisis aan te pakken getuigen echter niet van realiteitszin, blogt Huib Boissevain, ceo van Annexum.

Kort gezegd wil het Kabinet ingrijpen in de uiteenlopende huurprijzen op de woningmarkt door de vrije huurmarkt te gaan reguleren. Zo wordt voor huurders met een middeninkomen straks via een puntensysteem de huurprijs bepaald, zodat de huurder een prijs betaalt die past bij de kwaliteit van de betreffende woning. De bovengrens komt te liggen tussen de 1.000 en 1.250 euro. Huurstijgingen moeten daarbij beperkt blijven.

Economische realiteit

Het verlagen en maximaliseren van huurprijzen klinkt sympathiek en vanuit politiek oogpunt is het ongetwijfeld scoren voor De Jonge. Maar hij gaat wel voorbij een aan economische realiteit: als huurinkomsten omlaaggaan en (bouw)kosten omhoog – en dat laatste is nadrukkelijk het geval – dan daalt het rendement van partijen die moeten en willen investeren in de bouw van nieuwe woningen. Dat betekent dus onvermijdelijk dat er minder gebouwd gaat worden. Het is mij niet duidelijk hoe dit te rijmen is met de ambitie van De Jonge om voor 2030 maar liefst 900.000 nieuwe woningen te bouwen.

Niet alleen de consument heeft op dit moment te maken met – en last van – inflatie. Dat geldt ook voor de bouw. Voor partijen die vastgoed financieren – waaronder investeerders en pensioenfondsen – is een fatsoenlijk rendement niet een bijvangst, maar een randvoorwaarde om te investeren in vastgoedprojecten. Er worden momenteel al veel bouwprojecten gestaakt omdat ze niet meer rendabel zijn. Als we dan de huren gaan bevriezen – zoals De Jonge cs voorstellen – dan gaat het bepaald niet makkelijker worden om nieuwe woningen bij te bouwen.

Belemmerende regels

Als we de wooncrisis effectief willen aanpakken zijn er nadrukkelijk meer knoppen om aan te draaien dan huurprijzen en puntenstelsels. Zo hebben we in Nederland 8 miljoen woningen voor 17 miljoen mensen. Helaas kan een deel van de voorraad onvoldoende worden gebruikt door belemmerende wet- en regelgeving – waardoor splitsen bijvoorbeeld lastig of onmogelijk is – en daar komt bij dat we in Nederland nogal verwend zijn. Iedereen wil groot wonen en bij voorkeur in het centrum van Amsterdam. Als een flink deel van de woningzoekenden zijn of haar woonwensen wat bij zou stellen dan heeft dat zonder twijfel een positief effect op het aantal woningzoekenden.

Met zijn focus op huurverlaging, huurbevriezing en het puntenstelsel slaat De Jonge een verkeerde weg in. Het zijn maatregelen die in elk geval niet gaan zorgen voor een grotere beschikbaarheid van woningen.

Blijf op de hoogte
Scroll naar boven